Wat hebben we gedaan?
Bevorderen van een veilige woon- en leefomgeving (zie doel 1)
- Samen met de politie en Stichting Welzijn Lingewaard (SWL) namen we maatregelen om structurele overlast van jongeren tegen te gaan. Voor een persoonlijk traject verwezen de politie, BOA's en de leerplichtambtenaar 23 jongeren door naar bureau Halt. De politie en boa’s grepen in bij onder meer geluidsoverlast, baldadigheid en openbare dronkenschap. Soms leidde dat tot boetes.
- Verschillende partners (woningcorporaties, politie en gemeente) boden buurtbemiddeling aan tijdens burenruzies. Getrainde buurtbemiddelaars hielpen in totaal 48 keer. Omdat alle partners tevreden waren, verlengden we het contract met Buurtbemiddeling tot eind 2026.
- In oktober vond de Week van Veiligheid plaats. Centraal stonden de thema’s cybercrime, wapens en jeugd. Het accent lag op preventie. Het spel Hackshield maakte leerlingen bewust van de gevaren van het internet. Bureau Halt gaf voorlichting over wapens op alle middelbare scholen. Ook werden de kluisjes gecontroleerd. Bij de inleveractie werden 35 steekwapens afgegeven bij het politiebureau in Elst. Bij het Mobile Media Lab kregen inwoners voorlichting. We deelden brochures met preventietips over cybercrime uit bij verzorgingstehuizen.
- Van januari t/m maart en oktober t/m december hielden we de campagne voor het Donkere Dagen Offensief (DDO) om de kans op woninginbraak te verkleinen. Door de coronamaatregelen waren de preventieactiviteiten veelal gericht op online communicatie. Gemiddeld twee keer per maand publiceerden we preventieberichten op social media. Ook was er een quiz en kruiswoordpuzzel in Het Gemeentenieuws om preventietips te raden.
- Om overlast en zwaardere zorg van verwarde mensen te voorkomen, namen we een aantal maatregelen. Meer informatie hierover staat in programma 6 .
- Op basis van ontvangen meldingen (totaal 446) grepen we in bij foutief geparkeerde auto’s. Actieve handhaving was niet mogelijk, omdat we onze boa’s hebben ingezet voor het houden van toezicht op de coronamaatregelen.
- Door de telkens wijzigende COVID-19-maatregelen hadden we vaak contact met organisatoren van evenementen. Zo was er onder meer een bijeenkomst met de verenigingen voor carnaval, 4/5 mei, Koningsdag en organisatoren van evenementen. Waar mogelijk gaven we maatwerkvergunningen af.
Vergroten van bewustwording en weerbaarheid tegen ondermijnende criminaliteit (zie doel 2)
- Op basis van signalen voerden we op 30 adressen een licht administratieve controle uit. Negen adressen onderzochten we specifiek. Daar hebben we ook vervolgmaatregelen genomen. Drie complexe casussen zijn bovenlokaal opgepakt onder regie van het Regionale Informatie- en Expertise Centrum (RIEC).
- Ondanks meerdere voorbereidingen konden de integrale controles niet doorgaan vanwege de geldende coronamaatregelen. Wel startten we op bedrijventerrein Pannenhuis het project Stuwdam. Dit project richt zich op het herkennen van ondermijning en drugscriminaliteit door ondernemers. De wijkagent en/of boa's bezochten ook alle ondernemers van bedrijventerrein Gendt en Bemmel voor project Stuwdam. Op 3 en 4 november organiseerden we op het OBC Huissen een brede voorlichting over ondermijnende criminaliteit. Dat deden we via:
- LeerlingAlert: alle 700 leerlingen van het OBC deden hieraan mee;
- Docent/OuderAlert: ouders en docenten volgden hetzelfde verkorte programma;
- Buitengebied Alert: praktische tips en ervaringen werden gedeeld met circa 40 inwoners van het buitengebied;
- Ondernemers Alert: circa 25 ondernemers werden tijdens een ondernemersontbijt geïnformeerd.
- Om verloedering en onveiligheid te voorkomen voor het bedrijventerrein in Gendt ondertekenden we een intentieverklaring samen met de Stichting BIZ bedrijventerrein Gendt/Bemmel, politie en brandweer. Er werden acht maatregelen uitgevoerd van de matrix om te komen tot een keurmerk veilig ondernemen. Het samenwerkingsconvenant werd nog niet ondertekend, omdat hiervoor nog drie maatregelen moeten worden uitgevoerd.
- De evaluatie van de aanpak ondermijning is in een vergevorderd stadium, maar door andere prioriteitenstelling nog niet afgerond.
Beschermen van een veilige, schone en bereikbare omgeving (zie doel 3)
- De landelijke campagne van de Rijksoverheid over maatregelen om verspreiding van het coronavirus te voorkomen, werd via social media uitgezet.
Twee keer per week kwam het Coronaloket bij elkaar om vragen van organisaties, ondernemers en inwoners te beantwoorden. Dit loket organiseerde twee keer een fysiek inloopmoment. De betreffende portefeuillehouders gingen fysiek langs bij de horeca, sportverenigingen en dorpshuizen. De coronacoaches zetten we meerdere keren in.
- We vervulden zowel lokaal als regionaal (als onderdeel van de veiligheidsregio) een belangrijke rol in het informeren van onze inwoners bij de COVID-19 pandemie.
- Door de COVID-19-maatregelen was het niet mogelijk voor de brandweer om na een woningbrand fysieke voorlichtingssessies te houden in de wijk. Wel is op alternatieve wijze invulling gegeven aan het voorlichten van inwoners. Zo werd in februari na een woningbrand in Huissen een sessie georganiseerd via social media.
- De gebiedsgerichte opkomsttijden (project Rembrand) zijn nog niet gerealiseerd door de VGGM. Dit is een proces van meerdere jaren. De brandweer zette wel stappen. Zo werden de opleiding en vakbekwaamheid van brandweerlieden afgestemd op de risico’s binnen een gebied. De brandweer paste ook de samenwerkingsprotocollen aan voor risicogerichte advisering aan de gemeente.
De burgemeester werkte mee aan de rookmelderchallenge, waarbij bestuurders in hun eigen woning een rookmelder hebben gehangen. In juli 2022 is dit verplicht in gebouwen.